top of page

Het hoppersyndroom: om te leren moet je wel wat investeren!


Als docente en begeleidster van workshops maak je een heleboel mee. Er wordt een hoop tussen neus en lippen door gemompeld, afgeworsteld, gelachen, geoefend en zelfs af en toe gevloekt. Het meeste is te persoonlijk om na te vertellen en gaat in mijn geheime anekdotes la. Om zelf te openen en van te genieten van tijd tot tijd. Ik houd van lesgeven, ik houd van mijn cursisten en ik houd van mijn werk. Maar het gedoe eromheen is niet altijd per se iets waar mijn hart nu zo wild kloppend sneller van gaat slaan. Concurrentie achter de schermen vind ik ook niet erg motiverend (ik geloof niet in concurrentie! Nee, in geen enkel geval en met geen enkele uitzondering op deze regel), mensen die zich eindeloos vaak opgeven en weer afmelden en weer opgeven en dan weer afmelden, maar zich dan toch weer last minute opgeven om vervolgens boos te worden als de activiteit gecancelled is, omdat iedereen zich pas een paar uur van te voren wilde vastleggen. Ik snap die behoefte aan vrijheid ergens wel en weet ook dat het hip is om vrijblijvend te beslissen op het laatste moment en het je niet willen committeren aan iets maar voor docenten en workshop gevers is het vreselijk. Dan heb je natuurlijk de mensen die alles willen hebben voor niks. Ze willen niet oefenen, niet op tijd komen en eigenlijk willen ze ook niets betalen, of pas na 50 gratis proeflessen en 3 herhalingsverzoeken voor betaling. Je zou verwachten dat de mensen die het financieel minder breed hebben dit gedrag vertonen maar het zijn vaak juist de mensen met geld. (Nu weet ik hoe ze aan al dat geld komen, ha!) Dat gezegd hebbende wil ik nog iets anders inbrengen: het vreselijk hippe hoppersyndroom. Och hemeltje lief!

Mensen willen heel veel kunnen en heel veel leren. Ik vind dat ontzettend gezond en bovendien een zeer levenslustige neiging. Het altijd willen leren, het je altijd opnieuw lerend willen en kunnen opstellen, zelfs in je eigen vak, je eigen passie, je eigen talent en je eigen karakter. Het heel veel willen kunnen vind ik zo optimistisch dat ik er zelfs een ode over geschreven heb in een van mijn boeken: de ode aan de alles-kunner. Dat eeuwige specialisme in deze wereld komt mij en velen met mij de neusgaten uit. En terecht. Eén ding vreselijk goed kunnen en het de rest van je vermoeiende leven blijven doen, dat ene ding dat je al zo goed kon. Nee, doe mij maar de mensen die veel willen leren en kunnen. Toch vind ik dat dan wel weer echt wat anders dan van het ene in het andere willen hoppen, je nergens willen vastleggen, niets willen investeren en toch alles eruit willen pikken en willen leren. Leren zonder investeren? Dat is het nieuwe hip volgens mij. Mensen die zich na één jaargang sjamaan noemen. Mensen die gaan lesgeven zonder de anatomie van het lichaam te kennen. Mensen die zich deskundig noemen na drie cursussen. Mensen die tantrika zijn na één retraite in India. Het snelle Westen wil kort investeren en dan geld, status, naam en roem maken. Hoe kun je leren zonder investeren? Er komen mensen naar mij toe die na 3 lessen zeggen: ‘Ik kan het nog steeds niet!’ ‘Ik heb nog steeds niet die buikrol onder de knie’ ’Ik kan nog steeds niet echt dansen’ ‘Ik kan het niet, dus stop ik er weer mee!’ Zelfs zijn er mensen die al voordat ze een cursus hebben gedaan zich weer afmelden omdat ze het niet kunnen. Huh? Excuse me, je gaat toch juist op les voor iets als je het nog niet kunt? Of ben ik nu hopeloos ouderwets?

Hoor eens hier, als ik het in mijn leven zo had gedaan kon ik na al die jaren nog niets. Ja, het klopt dat ik heel veel hobby’s en talenten heb maar ik investeer hierin. Ik investeer niet alleen tijd, oefening, geduld, uithoudingsvermogen en geld, ik maak er ook echt ruimte en tijd voor in mijn leven. Ik kijk weinig tot geen tv (omdat ik er geen heb), ik heb geen chique bank, geen hypotheek, geen eigen auto, geen wat dan ook. Wat ik wel heb is: Mezelf, met mijn talenten en hobby’s, waar ik mijn huid, haar en hart in investeer. Ik ben een alles-kunner maar heb geen last van het hoppersyndroom. En deze twee worden heel vaak verward met elkaar. Bij het hoppersyndroom verwacht je eigenlijk dat als je twee keer iets doet, het je vanzelf aan zal komen waaien. Je gaat niet honderd filmpjes op youtube bekijken, je doet geen research, je oefent niet elke dag, je verdiept je niet, je gooit er niet je bloed, zweet, tranen en je vele glimlachen in. Er is weinig tot geen proces. Je probeert iets, wilt het direct kunnen, valt jezelf af of aan (waarom kan ik het nu nog niet na 5 uur oefenen, terwijl een ander er 5 jaar over gedaan heeft en er dag en nacht aan gewerkt heeft) en kapt er weer mee, op zoek naar iets anders. Het is hip, maar ik denk dat mensen daarmee ook zichzelf enorm frustreren. Ze verwachten teveel van zichzelf (en daardoor ook van de docent), ze willen het eigenlijk al na de eerste gratis proefles kunnen of durven (wat het ook is) en anders beginnen ze er niet aan. Voordat ze investeren zijn ze bang dat ze het misschien nooit zullen leren.

Maar ik geloof heilig dat je om iets te leren moet investeren. Dat geldt voor mensen die ziek zijn geweest en weer terug het leven in willen gaan. Ze zullen opnieuw moeten leren concentreren, lopen, dansen, rennen, onthouden, werken, prikkels verwerken en ga zo maar door. Maar ook ex-patiënten die ik begeleid geven soms al op bij de eerste keer dat ze vallen. En toch hebben we als kinderen allemaal doorgezet, of het nu om lopen, tekenen, lachen, dansen, rennen, evenwicht, rekenen, taal, topografie of liefhebben ging. Allemaal bijna even moeilijk. We leerden steeds opnieuw, we oefenden, we vielen en stonden op, we faalden en straalden, we betaalden (of onze ouders dan), we gaven niet op! Deze mentaliteit mis ik soms in de hedendaagse ‘ik wil alles uitproberen en direct kunnen’ modus. Er is niets mis met hoppen, als je niet echt iets wilt leren. Als je als kangoeroe door het leven wilt of als springende haas: ga je gang, het zijn prachtige dieren. Ik meen het! Maar als je echt iets wilt leren (zelfs wilt afleren of bij wilt leren) zul je toch iets van je hart, je haar, je huid, je ziel, je tijd, je aandacht, je geld, je dag moeten investeren. En hoe leuk is dat eigenlijk! Je opstellen als student. Altijd lerende en investerende, steeds meer kunnend, je atlas vergrotend (je wereldatlas maar misschien ook je creatieve- of dansatlas). Wil je leren? Ga dan investeren! Is het zo simpel zul je denken? Ja, dat is de reden dat ik heel veel kan. Ik heb al mijn wilde haren geïnvesteerd en daardoor heel veel nieuwe dingen, overtuigingen, continenten, dansen, talenten, levensgewoontes en levenshoudingen geleerd.

Dan is er ook nog de angst ‘jezelf kwijt te raken’ als je iets leert. Mensen die bijvoorbeeld graag vrij dansen willen geen passen leren want dan raken ze zichzelf kwijt. Hoezo raak je jezelf kwijt als je iets nieuws leert? Je raakt jezelf toch ook niet kwijt als je Spaans, Frans of Engels leert spreken? Je raakt toch ook jezelf niet kwijt als je leert liefhebben? Of mensen die juist alleen passen willen leren die een ander voor ze bedacht heeft en zichzelf kwijtraken als ze improviseren? Ik geloof echt dat leren hand in hand gaat met improviseren, nieuwe passen leren, concentreren en investeren! Ja, op alle gebieden in ons leven!

Column

Recente berichten
bottom of page